Loskomende houten gevelbekleding

Probleem

In 2008 is een gebouw opgeleverd dat deels voorzien is van een houten gevelbekleding. In het gebouw is een kliniek gehuisvest.

De geschaafde Noord-Europese geveldelen zijn geïmpregneerd met een brandwerend en verduurzamingsmiddel en zijn in de fabriek rondom behandeld met een niet filmvormend watergedragen afwerksysteem. De geveldelen (18 x 120 mm) zijn verticaal geplaatst.

In 2016 zijn de planken in de bekleding gedeeltelijk sterk verkleurd en sommige planken zijn losgekomen. Deze losliggende delen kunnen een gevaar zijn voor de openbare ruimte aan de voet van het gebouw.

Gezien de situatie is SHR gevraagd om een onafhankelijk onderzoek uit te voeren naar de oorzaak van de gebreken.

Oplossing

Uit de SHR-inspectie blijkt dat de kopse uiteinden van de houten geveldelen ruw en open zijn. Op dit kopse hout was geen afdichtingsmiddel (meer) aanwezig waardoor water en vocht eenvoudig kan worden opgenomen door het hout. Het gevolg hiervan is dat het hout langdurig nat is en gevoelig is voor aantasting, het hout sterk krimpt en zwelt waardoor er scheuren ontstaan en het hout vervormt waardoor de gevelbekleding zijn eenheid verliest. Verder blijken de RVS ringnagels 34 mm lang te zijn wat een hechtlengte van slechts 16 mm geeft. Dit is minder dan de helft van wat wordt geadviseerd, zoals aangegeven in de richtlijnen voor gevelbekleding (Gevelbekleding publicatie van Centrum Hout, BRL 4103, KVT Katern 21). De hoge vochtbelasting in combinatie met de geringe hechtlengte heeft geleid tot het loslaten van de geveldelen.

Geadviseerd wordt om de bevestigingsnagels te vervangen door RVS nagels met een minimale hechtlengte in het achterhout van 2,5 x dikte van het geveldeel. In dit geval dus minimaal (2,5 x 18 mm =) 45 mm.